IJstijdmijders?

De laatste succesvolle zoektocht van 22 december was al weer even geleden. Zes man deden er vandaag mee: Maarten, Anne, Johan, Marcel, Gijsbert en Henk. De grond was echter stijf bevroren. Gelukkig is er de Natuurplaats, waar konden ontkomen aan het ijzige weer en de bevroren grond. Daar gingen we eerst aan de koffie. Vertrouwend op de kracht van de zon en de weersvoorspellingen gingen we rond 11 uur het veld in. De grond was nog vrij hard, Maar gewapend met schepje, soeplepel, ballenwerper of wat dan ook, waagden we het er toch op. Het was heerlijk windstil weer met een felle zon; dat gaf slagschaduwen. Maar het zicht op de grond was toch goed te noemen.

IJs op de akker. De grond was hard. Maar met licht gereedschap waren de vondsten goed los te krijgen.

We volgenden onze ingesleten paden: over concentratie C naar concentratie B. Het duurde tot half een voordat Marcel aftrapte met een afslagje. Het anders zo natte gedeelte langs de sloot was door de vorst nu goed te belopen. Tot de lunch volgden er nog afslagen en incerto’s.

Bijzonder was de schaaf die Henk opraapte. Deze was gemaakt op een vorstsplijtstuk. De vuursteen was echter redelijk vers en windlak ontbrak. We moeten dus concluderen dat dit stuk niet uit het Midden- Paleolithicum stamt maar van later datum is, mogelijk uit het Mesolithicum.

De Mesolithische schaaf van Henk.

De boer had voor ons comfortabele strobergen neergelegd. Een mooie plek om te lunchen.

Onze comfortabele lunchlokatie.

Na de lunch werden nog een aantal afslagen opgeraapt.

Het totaal aantal zekere vondsten uit het Midden-Paleolithicum bedroeg zes stuks: twee kleine afslagjes door Maarten; Marcel raapte een afslag en een klingfragment op, dat deel was van een rugmes. Ondergetekende hield het bij een kleine en een grote witgepatineerde afslag,

Inmiddels zijn er meer dan 200 Midden-Paleolithische vondsten op concentratie B gedaan.

Piep zei de muis…

Deze grijze zaterdag in november waren we met maar liefst 10 man/vrouw: Marcel, Henk, Gijsbert, Marianne, Johan met aanhang, 2x Maarten, Teun en Anne. Lag er een rijke oogst in het verschiet? De temperatuur was mild en er was weinig wind. De akker lag nog vol met aardappelloof en blaadjes, maar het was te doen. Aan de straatkant was de boer bezig met ploegen. Hmmm.

Uitleg aan minder ervaren zoekers draagt bij aan de verspreiding van kennis over Neanderthaler werktuigen.

Goed geluimd gingen we op pad naar het einde van de akker. Daar wachtte een stenenbult op ons. Deels hadden we de stenen al in handen gehad tijdens het rooien. Maar deels ook niet. Vergeleken met eerdere jaren was het maar een bescheiden bult. We waren er snel doorheen. Onder in de bult woonde een bosmuis, die snel wegschoot maar even verderop bleef zitten. Geen vuistbijlen of ander fraais deze keer.

Het doorzoeken van de stenenbult.

Nog steeds vol moed togen we verder richting vak A. Henk had traditiegetrouw het vak gemarkeerd met vlaggen. Intensief zoeken leverde geen enkel resultaat, ook niet op het stuk tussen het vak en de bosrand. Zonder enige vondst gingen we naar onze lunchlocatie. Nu begonnen wij te piepen.

Over concentratie C naar B. Daar constateerden we dat het ploegen van de boer het zoeken nagenoeg onmogelijk had gemaakt. De losse grond bleef aan je laarzen plakken. Na een uurtje rondlopen hadden we nog niets. Zou het dan toch gebeuren dat we met niets thuis zouden komen? Dat was op deze akker maar één keer eerder gebeurd en dat was lang geleden.

Onze redder in nood was Anne. Hij raapte een fragment van een kern op, gemaakt van fijne vuursteen.

Anne maakt samen met Johan een foto van zijn kernfragment.

Hierna ging het snel: Maarten raapte twee kernen en een groot afslagfragment op. Een afslag gevonden door Marcel maakte de oogst voor vandaag compleet. Uiteindelijk toch een mooi resultaat ondanks de moeilijke omstandigheden. Nu maar hopen op de zegenrijke regen die ons weer zicht geeft op de vuurstenen.

Aardappeloogst

Het liep een beetje anders dan gepland, de aardappeloogst. Pech met een machine hield de boer op, op deze druilerige maandag. Met drie man waren we naar de akker in Peest getogen om een dag voor boerenknecht te spelen: Henk, Johan en Gijsbert. De akker was deels al eerder gerooid, met Henk op de aardappelrooimachine. Het wachten beu, zijn we maar wat gaan rondlopen over de akker. Hierbij hebben we de oostelijke helft van B en C afgezocht. De akker lag er niet goed bij om te zoeken. En het gebrek aan zon maakte het beoordelen van vondsten lastig.

Henk en Johan op de aardappelrooimachine. De stenen komen er in noodgang langs. Je hebt 3 tellen de tijd om te kijken of het iets is. Stenen worden in een koker gegooid en belanden dan in een bak.

Henk had zijn GPS mee. Als we dachten dat we iets hadden, noteerden we de coördinaten in een mail met foto van het voorwerp voor de administratie van Marcel.

Door het beperkte zicht liep het niet storm met de vondsten. Maar toch waren er af en toe stukken waarvan we meenden dat die maar beter ingemeten konden worden. In de tweede helft van de ochtend raapte Johan een schaafachtig voorwerp op, dat naar het zich laat aanzien op een Levallois-afslag is gemaakt. De slagbult van het voorwerp is weggeretoucheerd.

Schaafachtig object dat door Johan werd opgeraapt. Er ontbreekt een stukje dat door vorstsplijting is afgesprongen.

Niet veel later raapte Gijsbert een fraaie kern op met Levallois-achtige kenmerken van preparatie. Beide stukken zijn door Marcel toegewezen aan concentratie B, hoewel de patinering meer op die van C lijkt.

Een fraaie kern gevonden door Gijsbert.

Naast de middenpaleolithen raapten we ook nog een mesolithisch klingetje op en twee afslagen.

In het begin van de middag kwam de boer met zijn machines, en konden we gaan rooien. Dit wat een hele ervaring. De boer stelde onze medewerking op prijs. Zo kon hij wat plusjes scoren bij de Avebe, als er minder stenen tussen zijn piepers zouden zitten. Maar het leverde geen artefacten op. Dit hielden we vol tot de schemering.